Haar

Kapster Danielle is een lieve meid. Ze heeft interesse in mensen en gezondheid en ze heeft een eigen mening. Een echte kapster die je hoofd masseert als ze het wast. ‘Gewoon lekker ontspannen, dat is belangrijk!’ Om 16.30 uur op donderdag heeft ze pauze. Dan is er niemand in de winkel. Ze heeft al de hele dag gewerkt en gaat in de avond door. We hadden afgesproken dat ik een vriendin mee zou nemen. ‘Het kan best emotioneel zijn’, zei Danielle. Dat wist ze, want ze had het vaker gedaan.

Ze had vaker het haar van een chemopatiënt afgeknipt. Ik had een dag eerder de tweede chemo gekregen. Mijn haar viel bij de eerste keer nog niet heel erg uit, dus dit leek me het juiste moment. Het was net op tijd. Nadat het eerste zakje gif binnen was gelopen, begon mijn haar spontaan op het bed uit te vallen, dat merkte de verpleegster op. Danielle knipte mijn haar niet zomaar af, ze bond mijn haar bijeen in elastiekjes, want ik wilde een toupim. Een band waaraan mijn eigen haar bevestigd wordt. Pet of muts op en haast niemand ziet dat ik kaal ben. Ook voelt het vertrouwd. Mijn eigen haar. Nadat ik een kop vol dunne sprietjes had, begon ze aan de achterkant te knippen.

‘Het is onvermijdelijk’, dacht ik, en: ‘Wat een avontuur!’ Niet dat ik dit voor geen goud had willen missen, zeker niet. Maar wie had gedacht dat ik dit ooit zou meemaken! Wat deed het met me? Hoe reageerde ik erop? Ik schoot in mijn voorkeursreactie: zie de verwondering. ‘Kijk nou, wat zie ik er goed uit!’, kirde ik hard. Want wat kwam daar een goede kop tevoorschijn! Rosanne knipte mijn haar tot op één centimeter en het stond zeer goed. Mijn ogen waren sprankelender, mijn gezicht werd sprekender en ik leek zelfs jonger. Ik was voorbereid op een heftige emotie, afscheid van, verdriet door … Maar het was niet nodig. Mijn vriendin en ik moesten er hartelijk om lachen.

Later kon ik dit avontuur nog eens dunnetjes overdoen bij de pruikenmevrouw. Alle goede zaken komen in tweeën. Ik had een aantal weken eerder al een ‘ontwerp’ voor een pruik uitgezocht en ik had er een paar in huis. Ik wilde er representatief uit kunnen zien omdat ik door zou gaan met trainen. En met een toupim en een petje op kun je niet voor de mannen van ING gaan staan, vond ik. In de haarwinkel viel mijn haar zo erg uit dat het aan de pruiken bleef zitten, die ik aan het passen was. De pruikenmevrouw schoor daarom de laatste centimeter af. Nu was ik helemaal kaal.

Ik moet bekennen dat er een aspect van dérealisatie in zat. Ben ik dat in de spiegel? Dat mens dat daar zit te lachen? Ik keek toch liever weg en daalde af in mijn lichaam. Ik voelde mijn lijf en daardoor mijzelf, kracht en stabiliteit. Wel of geen haar op mijn hoofd, het maakt niet uit.

Danielle:
‘Ze kwam doordeweek in de winkel. Ik zag meteen dat ze me iets wilde vertellen. Dus ik stopte met kappen en liep naar haar toe. Er waren best veel klanten en ze praatte wat zachter, maar ze zei toch wat ze wilde zeggen. Ik heb meteen een afspraak met haar gemaakt. Ja, ik heb het vaker gedaan. Haar afgeknipt bij chemopatiënten …’
‘Ik wilde het er tijdens het knippen niet over hebben, dat vind ik zo flauw om het dan over jezelf te hebben. Maar ik heb ervaring met mensen met kanker. Ze merkte dat zeker door de manier waarop ik erover praat, dus ze vroeg ernaar. Toen kon ik wel vertellen dat mijn zus dertien jaar geleden is overleden aan borstkanker. Ja, dat is lang geleden, dat wel. En ze zijn veel verder nu, zij heeft geen chemo gekregen, dus het kwam terug. Het was heel naar. En mijn zwager heeft teelbalkanker, ja dat is ook heel naar. Maar dat komt dan misschien nog goed.’
‘Ik ben blij dat ik haar heb kunnen helpen, want niemand anders kon dit voor haar doen in haar omgeving. Ik heb ook niets gerekend. Dat wilde ik niet. Later kwam ze langs met een goede fles rosé voor me. Ze had haar wenkbrauwen nog! Ik had ook aangeboden om haar wenkbrauwen bij te houden, dat komt best nauw. Die van mij zijn getatoeëerd. Dat kan ze ook doen, zei ik. Maar ze heeft ze nog!’